Betty over leven in armoede

Ik ben Betty Van Meensel, 47 jaar en opgeleid als kinderverzorgster en logistiek assistent. Ik heb twee dochters van 15 en 12 jaar, die ik om de twee weken, slechts één dag zie. Onze contacten zijn jammer genoeg veel te gering maar wel altijd gezellig en leuk.

De eerste kennismaking met armoede was een hel
Door mijn scheiding ben ik in armoede geraakt. Met mijn deeltijdse job had ik een erg laag inkomen. Ik moest zelf alles terug kopen. Gedurende enige tijd ben ik als dakloze opgevangen. In die periode ben ik 2.000 euro in de min gegaan. De eerste kennismaking met armoede was een hel.

Door de scheiding is mijn contact met mijn ouders op een laag pitje komen te staan. Het contact met mijn broer is gelukkig wel goed. Mijn ouders waren teleurgesteld in mij en maakten zich grote zorgen over mijn toekomst. Maar mijn huwelijk was voor mij onhoudbaar geworden. Ik kom uit een gewoon arbeidersgezin dat het financieel goed had.

Verbeteringen op komst
Mijn financiële situatie nu is er gelukkig wel wat op vooruitgegaan. Samen met het OCMW zit ik onder schuldbeheer. Ik heb terug een spaarpotje en een vrij te besteden bedrag van 120 euro per week. Alle andere kosten worden betaald door het OCMW dat mijn rekeningen beheert. Ik kom nu toe met mijn geld. Soms is de onderlinge communicatie niet altijd even gemakkelijk. Vooral rekeningen van internetproviders, telefonie e.a. zijn soms erg zwaar. Ik zie nu wel verbeteringen op komst. Ik heb zicht op fulltime werk met meer structuur dan mijn huidige baan die een zeer hoge flexibiliteit vraagt van mij.

Armoede is voortdurend keuzes maken
Ik heb gevoeld dat mensen kijken naar armoede alsof het iets vies is, iets marginaal. Mensen die stinken of zo. Dit is niet het geval. Als je spreekt over het OCMW lijken mensen een stap achteruit te zetten. Mijn kijk hierop is erg veranderd door er zelf deel van uit te maken. We leven in een erg gejaagde en complexe maatschappij met hoge verwachtingen van iedereen. Veel mensen kunnen dit amper volgen. Een tegenslag door ziekte, een echtscheiding of ontslag kan je tijdelijk of voor lange tijd in de armoede duwen. Armoede is voortdurend de eindjes aan elkaar knopen en keuzes maken. Het is wegkijken van mooie kleedjes, terrasjes of andere leuke dingen doen. Vooral je kinderen steeds dingen ontzeggen is erg moeilijk. Een ijsje, een uitstap of naar een pretpark gaan is vaak onmogelijk. Je kan je ook maar weinig fouten of verkeerde inschattingen permitteren.

It’s not over until it’s over
Voor mij was het komen naar Tel-Oor in eerste instantie erg lastig. Hulp vragen brengt schaamte mee. De hoge drempel van schaamte en onzekerheid zijn moeilijke hindernissen. Net zoals ik, wachten mensen vaak te lang om hulp te zoeken, wat maakt dat de problemen vaak toenemen. Toch ben ik blij dat ik het gedaan heb, dat ik mijn weg naar het OCMW en Tel-Oor van Mekanders gevonden heb. Ik heb daar lotgenoten leren kennen. We steunen en helpen elkaar als ware buddy’s. Mensen in armoede hebben vooral nood aan begeleiding, een soort individuele coach die los van de financiële perikelen werkt met de vragen, noden en behoeftes. Door mij van binnenuit sterk te voelen en een luisterend oor te zijn voor mijn lotgenoten, heb ik mijn plaatsje gevonden. Ik voel mij fier en kijk de toekomst hoopvol tegemoet met mijn levensmotto: “It’s not over until it’s over!”

Betty

Om je gebruikservaring te verbeteren maken we gebruik van cookies. Door onze site te gebruiken ga je akkoord met deze cookies? Geen probleem!